GeorgeSports Logo

 

WORDT DE NEDERLANDSE ZILVERVLOOT EEN GOUDEN ARMADA?

2024-07-19, door: George Sieverding

Nieuwe column    <    Overzicht    >    Oude column

Nog een week te gaan dan barst het grootste sportevenement, de Olympische Spelen ditmaal in de Franse hoofdstand Parijs, weer los. Duizenden sporters en begeleiding, miljoenen toeschouwers en miljarden kijkers zullen gedurende twee weken vermoedelijk genieten van prachtige sport en hopelijk gevrijwaard blijven van ellende als aanslagen zoals in München 1972.

Van vrijdagavond 26 juli 2024 om 19.30 (openingsceremonie) tot en met zondag 11 augustus 2024 van 20.00 - 23.00 (sluitingsceremonie) kan de hele wereld genieten van pracht en praal, vreugde en verdriet, winst en verlies, emotionele uitbarstingen van hoogte- en dieptepunten in en rond Parijs en dit alles inmiddels voor de derde keer in de rijke geschiedenis van de Spelen (1900 en 1924).

In 1900 namen 997 sporters (675 mannen en 322 vrouwen) uit 24 landen deel aan 95 onderdelen uit 18 sporten. Nederland stuurde 37 deelnemers. De medaillescore: 0 - 1 - 3 - 4 (18e).
De tweede Spelen in Parijs 1924 trokken al 3.092 (2956 mannen en 136 vrouwen) uit 44 landen die deelnamen aan 126 onderdelen uit 17 sporten. De Nederlandse afvaardiging bestond uit 152 sporters met een medaillescore van: 4 - 1 - 5 - 10 (10e).

Vooralsnog komt Nederland komende weken met 267 sporters aan de start.
Voorspelling 19 juli 2024: 12 - 13 - 11 - 36 (8e).
Het eindklassement wordt in doorslaggevende zin bepaald door het aantal gouden medailles.
Een punten systeem zou een eerlijker beeld over de kracht in de breedte tonen.
Geen al te groot verschil met betrekking tot 26 april 2024 doch ditmaal met een onderbouwing.

Goud

De boten en de wielrenners komen met een groot aantal individuele kanshebbers. Daarvoor is 2 * 4 goud gerekend. Atletiek en zwemmen staan voor ieder 1* goud. Uit de reeks teamsporten (6 teams) komt 1* goud en resteert de verrassing 1* goud.

Bij de boten gaat het roeien absoluut voor een record reeks aan medailles zorgen. Mogelijk dat ook vanuit het zeilen een verrassing komt. Dat valt niet te verwachten bij het kanovaren. Absoluut boegbeeld bij de boten is Karolien Florijn (26, uitkomend in de Skiff) dochter van tweevoudig gouden medaille winnaar Ronald Florijn. De om haar bananenmanie (70 per week!) bekend staande skiffeuse behaalde in 2022 de Europese en wereldtitel en in 2023 nogmaals de wereldtitel. Zij lijkt onklopbaar.
Dat van Harrie Lavreysen (1997)veel mag worden verwacht komt voort uit zijn indrukwekkende staat van dienst tot nu toe: 2* OS, 13* WK en 12* EK goud. Lavreysen start wederom op drie onderdelen.
In het spoor van de absolute vedette niemand minder dan veelvraat Mathieu van der Poel (1995)en een drietal gerenommeerde vrouwen Lorena Wiebes (1999), Marianne Vos (1987) en Demi Vollering (1996), allen op de weg. Bij het mountainbiken mag de jonge Puck Pieterse (2002) niet worden overgeslagen.
Zal Vos nogmaals een kunstje flikken? Titels: 2* OS, 13* WK, 3* EK en 16* NK voor deze supervedette met de bijnamen "De Kannibaal" en "Vos the Boss". BMX. Ditmaal geen goud.

Nederland vaardigt maar liefst 47 atleten af die aan één of meerdere onderdelen zullen deelnemen.
Meest genoemde naam Femke Bol (2000). Toch zal het voor deze succesvolle 400 meter horden specialiste geen eenvoudige opgave worden om goud te scoren. Dat geldt eveneens voor haar inbreng in de 4*400 vrouwen en de 4*400 mixed. Sifan Hassan (1993), geplaatst op vier onderdelen (1500 - 5.000 - 10.000 en de marathon), zal keuzes moeten maken. Haar grootste kansen op goud liggen vermoedelijk de marathon. Niet te onderschatten Jessica Schilder (1999, kogel) en Jorinde van Klinken (2000, discus) al lijkt goud te hoog gegrepen. Bij de mannen geen kanshebbers op goud.
Tes Schouten (1000) lijkt bij het zwemmen de grootste kanshebster op goud (200 schoolslag). Uiteraard valt ook vaak de naam van Marrit Steenbergen (2000). Niet vergeten mag Sharon van Rouwendaal (1993) reeds in Rio (2016) goud op de 10 kilometer Open Water. De mannen en goud? Niet te verwachten. Hetzelfde geldt voor de estafettes.

Tenslotte de teamsporten. Kunnen de mannen bij het spectaculaire 3*3 basketbal voor een verrassing zorgen? Wordt één van de hockeyteams omhangen met goud, met vooral de vrouwen als veelvuldig OS kampioenen als grote favorieten? Of de waterpolo vrouwen? Vermoedelijk komen de handbal vrouwen tekort.
Zoals altijd volgt er minimaal één positieve verrassing. Bij een onbekende sport als Breaking kan dit gebeuren.

Conclusie 12* goud.

Zilver

Alle hierboven genoemde gouden medaille winnaars en winnaressen komen bij een "nederlaag" in aanmerking voor zilver.
Na het vele goud voor het roeien volgt hier uiteraard ook het nodige zilver. Vanuit het zeilen lijkt Marrit Bouwmeester (1988 met boot ILCA 6) een kanshebster. Tijdens de afgelopen drie Spelen scoorde Bouwmeester zilver - goud en brons. De gouden glans lijkt verdwenen. Wat gaat IQ Foil, Sara Wennekes (1996) en Luuc van Opzeeland (1999), opleveren? Kan Vanopzeeland in de voetsporen treden van illustere voorgangers als Stephan van den Berg en Dorian van Rijsselberge de Olympische kampioenen van 1984, 2012 en 2016 in het windsurfen?
Vanaf het water terug naar de tweewielers. Wint Lavreysen dan is Jeffrey Hoogland (1993) kanshebber op zilver. Hetzelfde geldt voor de mannen teamsprint. Geen goud, dan zilver. Bij de vrouwen lijkt Maike van der Duin (2001) (madison en omnium) kanshebster.

Wat te denken van de atleten. Bol geen goud, dan zilver. Hetzelfde lijkt het maximaal haalbare voor de 4*400 vrouwen. Wat doet Hassan op de door haar gekozen onderdelen. Goud lijkt te hoog gegrepen maar zilver moet kunnen. Dat geldt ook voor Nadine Visser (1995) (100 horden) en Anouk Vetter (1993) (zevenkamp). Visser verbetert zich wekelijks. Vetter moet de strijd aangaan onder andere met haar Belgische concurrentes.
Steenbergen en zilver, moet kunnen. Arno Kamminga, reeds tweemaal zilver in Tokio, (1995, op de 100 en 200 schoolslag) of Caspar Corbeau (2001, eveneens 100 en 200 schoolslag). Corbeau lijkt in het voordeel als coming man. Mogelijk de 4*100 mixed.

Bij de teamsporten driemaal kans op zilver. Tevens twee verrassingen.

Conclusie: 13* zilver

Brons

Hetzelfde verhaal als bij goud en zilver. Nu is echter het contingent "kandidaten voor brons" uitgebreider.
Toevoegen atletiek: Emma Oosterwegel (1998, zevenkamp), Niels Laros (2005, 1500), Abdi Nageeye 1989,marathon) en de 4*400 mixed.
BMX zusjes Laura (1993) en Merel (1998)Smulders. Laura: brons 2012, 4* EK en 2* WK. Merel: brons 2021.
Boksen Chelsy Heijen (1999, - 60 kilogram). Heijnen zou wel eens voor een gouden verrassing kunnen zorgen.
Handboogschieten Gaby Schloesser (1994). Winnares van het zilver in Tokio 2021. Wie weet!
Judo Sanne van Dijke (1995, - 70 kilogram), Guusje Steenhuis (1992, - 78 kilogram) en Frank de Wit (1996, - 81 kilogram).
Synchroonzwemmen: de tweeling Bregje en Noortje de Brouwer (1999), ook niet kansloos.

Conclusie: 11* brons

In de Column van 26 april 2024 een eerste voorzichtige schatting van de Nederlandse medaillescore: 13 - 9 - 12 - 34 (8e).
Databureau Gracenote voorspelde toen: 13 - 11 - 17 - 41 (4e).
Gracenote is vooralsnog niet met een nieuwe voorspelling gekomen.
Noch Pieter Post noch Fabian ten Kate & Elmer Sterken wagen zich ditmaal aan een publiekelijke prognose.

Vanaf nu volgt frequenter informatie, middels Columns, de Olympische spelen betreffende.

Verklaringen
Boten. Skiff: éénpersoonsroeiboot, ILCA6: éénpersoonszeilboot, IQ Foil: windsurfklasse
Wielrennen. Madison: koppelkoers op de baan, Omnium vier onderdelen op de baan op één dag
Breaking. Breakdance: stijl van straatdansen met veel acrobatische bewegingen en snel voetenwerk

 

Nieuwe column    <    Overzicht    >    Oude column

 © George Sports 2018