ANALYSES WK ZWEMMEN 2024 (CIJFERS EN CONCLUSIES)

2024-02-23, door: George Sieverding

Nieuwe column    <    Overzicht    >    Oude column

Ooit sprak, de recent 80 jaar geworden legendarische voetballer, Willem van Hanegem de woorden: "ik heb zeker naar een andere wedstrijd zitten kijken". Daarmee maakte Van Hanegem duidelijk het totaal oneens te zijn met de verslaggevers en de journalisten.
Dat gaat slechts ten dele op met betrekking tot het WK zwemmen 2024.
De euforie en de uitspraken van de verantwoordelijke zwemcoaches Mark Faber en Patrick Pearson gaan weliswaar mank aan objectiviteit doch zijn begrijpelijk.
Weliswaar hebben Marrit Steenbergen en Tes Schouten, met hun overwinningen en schitterende tijden, aanleiding gegeven tot hoopvolle verwachtingen ten aanzien van de komende Olympische Spelen, maar verder lijkt het zwemmen van de dames dramatisch.
Mogelijk dat ook de Amerikaanse Nederlander Casper Corbeau zich bij het genoemde tweetal kan voegen. Arno Kamminga leek op weg om de opvolger van Peaty te worden, maar lijkt terrein te hebben verloren.
Van verbreding is absoluut geen sprake, zeer zeker niet bij de dames.
Onderstaande analyses maken dit duidelijk en de conclusies onderstrepen slechts ten dele de mening van Faber en Pearson.

Hierbij de analyses (cijfers en conclusies)

EindRapport
Cijfers Nederland:
Medailles 6* (3* Goud, 3* Zilver)
Finales 19*
NR' s 3*
Pr' s 7* uit 45

Medailleklassement

1.Cijfers

1.1.Medailles en het medailleklassement.
3* goud en 3* zilver, zoals in de inleiding vermeld: het op één na meest succesvolle WK.
Slechts in Fukuoka, 2001, werd er 1 medaille (zilver) meer gescoord.
De 4e plaats in het medailleklassement past in de lijn van topklasseringen tijdens WK' s.
Het eerste WK werd georganiseerd in Belgrado (1973).
De score van Nederland tijdens alle gehouden WK' s:

Vraag: is de score van Nederland in 2024 gelijkwaardig of zelfs beter dan die van voorgaande WK' s?
Antwoord: deze vraag kent 2 antwoorden namelijk:
-wie er niet is kan geen aanspraken maken, dus ja, duidelijk beter, gelijk aan het beste resultaat (2001).
-gezien de uitslagen, zie niveau (punt 2), op een aantal nummers niet, dus neen.

1.2.Finale klasseringen
Het aantal finale klasseringen, 19* (eerder 18* vermeld), steekt schril af ten opzichte van het aantal programmanummers (42).

1.3.NR' s
Driemaal een Nederlands record (2* Schouten 200 school, 1* Steenbergen 100 vrij).

1.4.PR' s
7 uit 45 starts 15%, is een internationaal toernooi onwaardig.
In een eerdere Column, 30-07-2019 "Cijfers liegen niet", werden percentages genoemd van:
2015: 34%
2017: 50%
2019: 26%
waarop al veel kritiek werd geleverd door eerdere beleidsmakers.

2.Niveau

2.1.Internationaal gezien was dit WK van een bedenkelijk niveau.
Slechts 1 wereldrecord, wel op het koningsnummer de 100 vrij heren
Vergelijking met een aantal eerdere WK' s:

Naast een zeer beperkt aantal uitschieters en de traditionele verrassingen kenmerkte dit WK zich in kommer en kwel.
Op de Olympische programma nummers konden de 50 en 100 vrij dames, uiteraard het wereldrecord op de 100 vrij heren, de 1500 vrij heren en de 200 school dames de toets der kritiek ruimschoots doorstaan.

Met betrekking tot een groot aantal andere nummers ligt dit totaal anders. De scores op de 800 en 1500 vrij dames, de 400 wissel dames en heren, de 200 vlinder dames en heren en de 4*100 wissel dames en heren waren dit WK onwaardig.

*=afgerond op honderdsten

2.2. Nationaal kwamen met name Marrit Steenbergen en Tes Schouten goed voor de dag. Met hun prestaties behoren zij tot de kanshebsters op Olympisch eremetaal. Steenbergen en Schouten voeren de jaar ranglijsten aan. Van de actieve wereldtoppers staan Siobhan Bernadette Haughey (52.02) en Mollie O'Callaghan (52.08) nog voor Steenbergen. Het wereldrecord staat sedert 2017 op naam van Sarah Sjöström 951.71). Sjöström zal vermoedelijk de 100 vrij tijdens de spelen vermijden.
Voor Schouten lijken de papieren nog "eenvoudiger". Vrijwel zeker zal wereldrecordhoudster Tatjana Schoenmaker (2.18.95) van de partij zijn. De Russin, Evgina Tsjioenova zal vermoedelijk niet mogen deelnemen. Ook haar recent gezwommen wereldrecord (2.17.55) wordt niet erkend. Dan lijkt Kate Douglass een gevaarlijke kandidate (2.19.30) doch zal het aantal starts haar mogelijk parten spelen.
Ook Casper Corbeau is een reëele kanshebber op de 200 school. De wereldtop is echter ontzettend breed. Verder kunnen de jongelingen als Kai van Westering en Kenzo Simons nog voor een verrassing zorgen. Dat geldt ook voor Nyls Korstanje al lijkt dit minder voor de hand te liggen.

Het gouden estafetteteam op de 4*100 vrij zal moeite hebben om zich te plaatsen voor de finale.
De hallelujahstemming rond het nationale record op de 4*100 wissel is begrijpelijk doch niet reëel
gezien de enorme afstand tot de wereldtop.

2.3.De score van de Belgen is hoopgevend doch wederom zorgwekkend.
Helaas is het, met betrekking tot dit WK, bij de topprestatie van Lucas Henveaux, 5e op de 400 vrij gebleven en ook Valentina Dumont gaf haar visitekaartje af. In de breedte is het echter matig gesteld bij onze zuiderburen.

Conclusies:

1.Nederland heeft 3 potentiële medaille kandidaten op een vijftal onderdelen.
2.Nederland gaat niet meetellen op de estafette onderdelen.
3.Als het gaat om medailles staan de dames er beter voor, als het gaat om finaleplaatsen lijken de heren meer kandidaten te kunnen leveren.
4."Op koers" is slechts ten dele waar. Uiteraard betreft dit Steenbergen, Schouten, Corbeau en eigenlijk geldt dit ook voor Kai van Westering en Kenzo Simons. Het merendeel van de huidige nationale selectie blijft echter ver, tot zeer ver, achter en ligt zeker niet "op koers". Bovendien begint bij sommigen de leeftijd een rol mee te spelen (Thom de Boer 32, Kira Toussaint 29, Arno Kamminga 28 en Maaike de Waard 27).
Mogelijk dat super talent Tessa Giele (21) volledig doorbreekt op de rug en vlinder.
5.2* goud voor Sharon van Rouwendaal is fantastisch en biedt natuurlijk perspectief voor de spelen maar de toekomst van het Open Water Zwemmen is dramatisch want achter deze wereldtopper, op leeftijd (30), is er geen enkele jonge aanwas.
6.Ondanks de 5e plaats blijft het dames waterpoloteam tot de favorieten behoren.
7.Met alle ontwikkelingen zullen het NOC/NSF en de KNZB het herschikken van middelen moeten overwegen.
8.Ook lijkt het verstandig om het beleid met betrekking tot het wedstrijd zwemmen en het waterpolo
opnieuw onder de loep te nemen.
9.Tenslotte dient er op korte termijn duidelijkheid te worden gegeven over de inzet van accommodaties voor de periode 2024 - 2028 na de Spelen.

Ter herinnering de Column van 31-07-2023 na het WK:

Een vraagteken bij een medaillewinnaar!"

Nieuwe column    <    Overzicht    >    Oude column